Go to ewuu.nl

Hoe beïnvloedt de voedselomgeving ons eetgedrag? En hoe kan die omgeving zodanig worden ingericht dat gezonde keuzes de makkelijkste keuzes worden? Volgens Maartje Poelman (WUR) is er geen silver bullet, maar moeten we aan veel knoppen tegelijk draaien. In de workshop Co-shaping future cities: naar een gezonde leefomgeving tijdens de Utrecht Science Week legt ze uit hoe.

“Om gezond eetgedrag te stimuleren, hebben we lang ingezet op het vergroten van individuele kennis via publiekscampagnes. Helaas blijkt die aanpak weinig effectief te zijn. In de afgelopen decennia zijn voeding gerelateerde ziekten zoals hart- en vaat ziekten, diabetes en obesitas toegenomen. We weten ook dat onze leefomgeving een grote invloed heeft op onze leefstijl. In de preventie van obesitas is de focus daarom verschoven naar het optimaliseren van de voedselomgeving. Bijvoorbeeld om gezondere aankopen te stimuleren,” vertelt Poelman die hier sinds 2009 onderzoek naar doet en sinds 2020 vanuit Wageningen University & Research (WUR).

Voedselomgeving

De voedselomgeving bestaat volgens Poelman uit vier sub omgevingen: een fysieke omgeving (welke winkels zijn er in de buurt en wat verkopen ze?), een economische (wat kost voedsel en wat zijn de prijsaanbiedingen?), een sociaal-culturele (wat zijn de normen en waarden binnen een bepaalde omgeving?) en een beleidsomgeving (welke wetgeving en maatregelen zijn er die invloed hebben op deze omgeving?). “Om gezond eetgedrag te kunnen stimuleren, moet je op meerdere fronten tegelijk inzetten”, aldus Poelman. “Ze spelen allemaal een rol én ze hebben invloed op elkaar.”

De invloed van aanbod

Een goed voorbeeld hiervan is het effect van fastfoodrestaurants in de buurt. Poelman: “Bij een ruimer aanbod in de buurt gaan mensen het normaler vinden om fastfood te eten, met toenemende consumptie als gevolg. Ook is een hoger aantal fastfood outlets in de buurt in verband gebracht met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten en diabetes bij mensen die in die buurt wonen. Beleidsinstrumenten (bv. vanuit het omgevingsrecht) zijn noodzakelijk om hier verandering in te kunnen brengen.”

Verschillen tussen sociaaleconomische posities

Poelman wijst ook op het effect van de sociaaleconomische positie van mensen op hun gezondheid: “Mensen met een lagere sociaaleconomische positie (SEP) leven gemiddeld 15 jaar korter in goede gezondheid en overlijden gemiddeld 7 jaar eerder dan mensen met een hogere SEP. Mensen met een lagere SEP hebben over het algemeen ook een minder gezond eet- en beweegpatroon dan mensen met een hogere SEP. Maar enkel inzetten op voorlichting niet effectief en moet er veel beter naar de achterliggende factoren zoals stress of financiële schaarste worden gekeken.”

“Vanuit onze leerstoelgroep onderzoeken we hoe deze verschillen ontstaan en hoe hierop ingezet kan worden. Echter, het is bekend dat structurele universele preventieve maatregelen essentieel zijn voor het verkleinen van SEP-verschillen. En dan kom je ook weer uit bij het optimaliseren van de voedselomgeving. De verleiding voor het maken van voedselkeuzes die niet bijdragen aan een gezond voedingspatroon is momenteel te groot; 80 procent van het aanbod in de supermarkt en 80 procent van de aanbiedingen vallen niet in de Schijf van Vijf,” licht Poelman toe. 

Van individuele naar brede maatregelen

De oplossing ligt volgens haar in een systeemverandering. “We moeten aan meerdere zaken tegelijk werken, zoals een gezonder aanbod, betere beprijzing van voedingsproducten, minder ‘slechte’ verleidingen en voedseleducatie voor alle kinderen. Hier is ook wet- en regelgeving voor nodig.” Samen met wetenschappers van de Universiteit Utrecht onderzocht Poelman welke brede universele maatregelen de Nederlandse overheid kan invoeren om zo’n gezondere voedselomgeving te creëren. Vanuit de Regiodeal Food Valley onderzoeken zij ook met lokale gemeenten, zorginstellingen en bedrijven hoe zij een gezonde voedselomgeving kunnen creëren.  

In de afgelopen jaren is er volgens Poelman zeker een verschuiving zichtbaar en zijn een suiker taks op frisdrank en een afschaffing van btw op groente en fruit in de maak. Ook verkent de staatsecretaris momenteel de mogelijkheden voor juridisch instrumentarium voor gemeenten om het aantal fastfood outlets te beperken. Dit soort maatregelen zijn niet per se effectief voor het individu an sich, maar leveren op bevolkingsniveau een grotere gezondheidswinst op.

Meer weten over de factoren die onze voedselomgeving beïnvloeden? En nieuwsgierig naar voorbeelden van oplossingen? Kom op 3 oktober naar de Co-shaping future cities: naar een gezonde leefomgeving van het Institute for Preventive Health tijdens de Utrecht Science Week. (Utrecht Science Week Programma 2022 – Utrecht Science Week)